Vanuit mijn woning boven de Dappermarkt zie ik elke morgen hoe daar de kraampjes en stalletjes worden opgebouwd. Ik hou van die bedrijvigheid en de hoop die ervan uitgaat dat het vandaag een goede dag zal worden - het klagen wordt tot later bewaard. Soms rijden er ook kant en klare combinaties met aanhanger de straat in: de kippenboer uit Putten, de vishandel uit Volendam. Vanmorgen parkeerde er ineens ook een kleine vrachtwagen van het Centraal Boekhuis, vlak voor mijn deur. Samen boeken wij succes stond op de zijkant. Nieuwsgierig wat die hier kwam doen liep ik naar beneden. De chauffeur liet de klep zakken. Zodra hij mij in de gaten kreeg kwam hij met uitgestrekte hand naar me toe: 'Ah, bekend gezicht!' riep hij enthousiast. 'Leuk dat ik u hier tref.' We gaven elkaar een hand. 'Het genoegen is geheel aan mijn kant,' zei ik. Ik kon mijn tong wel afbijten voor zo'n cliché, maar het was gezegd. Hij schudde vergevingsgezind zijn hoofd. 'Ik begrijp dat u even uit het veld geslagen bent,' zei hij. 'Wat wij hier doen is nieuw, maar het werd tijd.' Hij rolde een luik op en daarachter kwam een kleine boekwinkel tevoorschijn. Op de klep kwam een kassa, er werden boeken uitgestald die extra aandacht verdienden. Ik moest twee keer kijken voor ik kon geloven wat ik zag. 'U heeft alleen maar boeken van Uitgeverij De Brouwerij,' stelde ik vast. 'Dat klopt,' zei hij. 'Zolang de boekwinkel die niet inkoopt, hebben wij tegen elkaar gezegd, gaan wij zelf ermee de straat op. We hebben er twintig wagens speciaal voor ingericht en we staan op alle markten door het hele land.' Terwijl hij het zei legde hij een flinke stapel van Wie vleugels heeft helemaal vooraan bij de kassa. Hij knipoogde naar me. 'Samen boeken wij succes,' zei hij. Toen werd ik wakker.
|
auteur, scenarioschrijver, regisseur van eigen werken over het algemeen een vrolijk persoon Archives
April 2018
Categories |